De leerling
De mannen en vrouwen die les krijgen volgens de Van HUH naar WAT-methode zijn als kind nooit of misschien twee/drie jaar naar de basisschool geweest. Ze komen uit landen als Eritrea en Afghanistan, maar wonen vaak al jaren in Nederland. Sommige leerlingen kunnen een beetje schrijven, maar de meesten zijn niet gewend lessen te volgen, een boek door te bladeren, een bladzijde op te zoeken of een pen vast te houden. Ze realiseren zich niet dat je beter eerst rustig kunt luisteren naar de docent in plaats van te denken dat je het niet begrijpt. Kortom, ze hebben nooit geleerd om te leren.
Goedbedoelde chaos
Het blijft een uitdaging de les rustig en ordentelijk te laten verlopen. Leerlingen laten graag zien dat ze jouw inspanningen waarderen en zetten bijvoorbeeld meteen aan het begin van de les lekkere hapjes op tafel. Of ze “helpen” de docent door aan hun klasgenoten uit te leggen waar de les over gaat. Daarnaast pakken leerlingen midden in de les soms vast koffie en vragen dan meteen of anderen ook willen.
Daarom is het onderwerp van les 2: school. Hier komt onder meer aan de orde hoe je je gedraagt in de klas, wat de regels zijn en hoe laat de pauze is.
Gezelligheid en verwarring
Tijdens de les ontstaat regelmatig grote verwarring, bijvoorbeeld omdat leerlingen niet begrijpen wat ik van ze verlang. Toch is iedereen leergierig en blijft de sfeer gezellig. De meesten hebben oprechte belangstelling voor elkaars cultuur, zoals muziek en eten, en voor elkaars religie, zoals vastenperiodes en feestdagen. Na bijna elke les krijg ik iets lekkers mee naar huis: Syrische koekjes, Eritrees brood of heerlijke Turkse broodjes met halal gehakt.